Ze worden moe van POP gesprekken, functionerings- en beoordelingscyclussen, observatiegesprekken, verplichte trainingen, verandertrajecten en heidagen, medewerkerstevredenheidsonderzoeken. Waarom?
Wat ik hoor als ik met ze praat:
Vaak valt het me op dat de oorspronkelijk meest betrokken werknemers het hardst lopen te mopperen. En als ze geen overlevingsmodus vinden komen ze het eerste in aanmerking voor een burn-out.
Wat doen we toch verkeerd in de afgelopen jaren dat er zoveel werknemers in een overlevingsmodus zitten?
Wat is er aan de hand? Er is een clash van drie werelden. Ik leg het je uit.
De (interne) klant vraagt een dienst van jou. Oorspronkelijk heb je voor het vak gekozen omdat je daar ergens een vonk voelde overspringen. Dit product of deze dienst was leuk om te leveren, het gaf voldoening, het was een waardevolle bijdrage aan de ander.
Je koos dit ooit omdat je wilde werken vanuit die bedoeling.
Vanuit die bedoeling produceer je een (technische) dienst, een dienst voor mensen. Hierbij werk je voor klanten of cliënten. Dat is jouw leefwereld. Die kenmerkt zich door unieke vragen. Vragen om maatwerk en wisselende specificaties. De leefwereld is verbonden met échte mensen, échte emoties en échte dringende klantvragen.
Maar er is wet- en regelgeving, veiligheidsvoorschriften. We dekken zaken af door middel van protocollen, certificeringen, procedures. Wanneer er fouten gemaakt worden dan timmeren we dat graag dicht: dat nooit weer! Opnieuw is er dan een procedure geboren. Nieuwe managers komen en vinden er ook wat van, dat wordt vastgelegd in nieuwe werkregels. En zo ontstaat de systeemwereld.
De systeemwereld zou er voor moeten dienen dat wij de goede dingen góéd doen. Het biedt rechtsgelijkheid, rechtszekerheid, het gaat willekeur tegen, het voorkomt grote fouten. De systeemwereld is de map, de plattegrond.
Maar hier ontstaat later een denkfout: de plattegrond is namelijk nooit de werkelijkheid!
De systeemwereld neemt regelmatig de sturing over. Er wordt gedacht vanuit de systeemwereld. Het biedt een illusie van beheersbaarheid. De gedachte is: als we alle systemen vullen dan loopt het in de echte leefwereld ook goed. Maar dat is vaak niet zo! En als het dan toch niet goed loopt dan zoeken we de oplossing vaak in méér systemen in plaats van mínder.
De bedoeling staat dan niet meer centraal. Daarmee wordt de verantwoordelijkheid van de professional overruled.
Maar je haalt geen motivatie uit het bedienen van de systeemwereld.
Veel professionals werken al zo lang in het bestaande systeem dat ze het hart voor de bedoeling en klant kwijt zijn. Dat geeft ook veiligheid want de gedachte ontstaat: “Ik volg het systeem, wie kan me dan nog aanspreken?”. De professionals worden uitvoerders van regels. De managers worden de bewakers van de systeemwereld. De systeemwereld stuurt de leefwereld van de professional aan.
De bedoeling hoort de leef –en systeemwereld aan te sturen. De goede richting van de pijl doet het appèl op professionals om zaken goed in te schatten, om eigenaar te zijn van hun taken.
Het management hoort zo te faciliteren dat ze steeds maximaal de bedoeling ondersteunt.
De pijl kun je beter richten wanneer je:
Met dank aan Wouter Hart die me de toestemming gaf om dit thema uit zijn boek te gebruiken. Zijn boek: “Verdraaide Organisaties” is hier helemaal aan gewijd. Prachtig boek!
Zie jij het belang van werken vanuit de bedoeling? Het leidt tot bevlogen medewerkers. Wil je verder sparren over hoe jij dat bereikt?
Wat ik je aanbied is een kosteloos coachingsgesprek, dan kijken we naar jouw situatie, jouw vragen en hoe je jouw doelen kunt bereiken. Bel, ik nodig je uit voor een afspraak!
Dick Nijman
Organisatieveranderaar, trainer, coach
Werkplaats voor Organisatiecultuur
T: 06 543 945 04
E: info@werkplaatsvoororganisatiecultuur.nl
altijd de neuzen dezelfde kant op willen hebben is een gevaar voor creativiteit en stompt af, daar ga je van mopperen! Prima artikel!